Hoe nu verder?
Aanbevelingen voor een betere aansluiting tussen vertaalonderwijs en vertaalpraktijk
In de laatste sessie van het door Teamwork georganiseerde congres "Een kwestie van vraag en aanbod" (Utrecht, 8 november) hebben de deelnemers in kleine groepen aanbevelingen geformuleerd voor een betere aansluiting tussen vertaalonderwijs en vertaalpraktijk.
- Meer contact en onderlinge samenwerking tussen de diverse vertaalopleidingen.
- Meer contact tussen bedrijven en opleidingen om vraag en aanbod beter op elkaar af te stemmen. Initiatieven moeten komen vanuit zowel de opleidingen als de vertaalpraktijk. Voorbeelden: meer werkvelddeskundigen die zitting nemen in besturen en commissies, jaarlijkse bijeenkomsten zoals dit congres, betere terugkoppeling van de stage-ervaringen, opleidingen zouden gebruik moeten maken van internationale netwerk van vertaalbureaus voor stages, gastdocenten op de opleidingen, beroepsoriëntatieweken, vertaalopdrachten die worden voorzien van feedback door een vertaalbureau.
- Masters voor vertalers (specialisatie) in deeltijd voor werkenden.
- Meer door praktijkmensen verzorgde gastcolleges op de vertaalopleidingen. Meer gestructureerde inbreng van gastdocenten uit de vertaalpraktijk.
- Meer aandacht voor vertaaltools in de vertaalopleidingen.
- Meer aandacht voor Nederlands in de vertaalopleidingen.
- Kwaliteit van de opleidingen verbeteren: Nederlands als autonoom vak en selectie aan de poort.
- Betere controle en begeleiding vanuit vertaalopleidingen naar de stageplaatsen en omgekeerd.
- In de vertaalopleidingen teksten aanbieden uit de vertaalpraktijk, zodat de studenten een beter beeld krijgen van het soort materiaal dat in de praktijk wordt vertaald.
- Meer stageplaatsen.
- Meer communicatie met betrekking tot de beeldvorming over het vertaalvak bij de studenten.
- Vrijstellingen voor eerder verworven competenties bij opleidingen (studenten die eerder andere dingen hebben gedaan).
- Erkenning van eerdere werkervaring bij de beloning van startende vertalers.
- Meer aandacht voor time-management bij het maken van vertalingen tijdens de opleiding (werken onder tijdsdruk).
- Snuffelstage in een vroeg stadium van de opleiding.
- Mentoraat voor afgestudeerden (ervaren vertalers als mentoren van nieuwkomers).
- Ervaringsplaatsen voor afgestudeerden.
- Nascholingsdagen voor afgestudeerden.
- Communicatietraining voor studenten met het oog op contacten met klanten / opdrachtgevers.
- Als beginnend vertaler meteen marktconforme prijzen hanteren (kosten van revisie door een derde erin verwerken).
- Jaarlijkse ‘summer schools’ voor startende vertalers organiseren.
- Betere voorbereiding op de vertaalpraktijk voor vertaalstudenten.
- Centraal aanmeldingspunt voor stages, waardoor het ook voor kleinere vertaalbedrijven gemakkelijker is stageplaatsen aan te bieden.
- Docenten een weekje laten meedraaien bij een vertaalbureau.
- Een lange stage aan het einde van de studie (1 jaar, met tussentijdse rapportage).
- Verplichte stage aan het einde van de opleiding.
- Zelfstandig stage-opdrachten uitvoeren (thuis).
- Vakmanschap tolk/vertalers promoten bij het bedrijfsleven.
- Meer aandacht voor het reviseren/redigeren van eigen vertalingen en/of die van anderen met als doel: verbeteren van de Nederlandse taalvaardigheid en aanleren van een kritische houding.
- Niet doorschieten met ‘professionalisering’. Uiteindelijk blijven taal- en vertaalvaardigheid het belangrijkst.
- Gebruik van ‘case study’s’.
- Meer oefenen met CAT-tools.
- Afvaardigingen van brancheverenigingen en opleidingen samenbrengen in een commissie om betere afstemming te krijgen tussen vraag en aanbod.
- Terugkomdagen voor alumni (met workshops).
datum publicatie: 29 november 2006
Reacties
Er zijn nog geen reacties.
Geef hier uw reactie!
Als u eerst inlogt, hoeft u niet telkens uw naam, e-mailadres en de captcha (spampreventietest) in te vullen.